Stap 2 – Aan de slag met je innerlijke kompas

Aan de slag

Samenvatting opdrachten

Opdracht 1 – word je bewust van je emoties en wat deze je willen vertellen

Doe je dingen die in overeenstemming zijn met wie je bent en je persoonlijke waarden en behoeften, dan ervaar je positieve emoties. Andersom geldt hetzelfde: hoe meer je dingen doet en ervaart die niet in overeenstemming zijn met wie je bent en je persoonlijke waarden en behoefte, hoe negatiever je emoties zijn. We spreken in dit verband vaak over:

  • een hoge energie (hoe hoger, hoe positiever je emoties zijn)
  • een lage energie (hoe lager, hoe negatiever je emoties zijn).

Gebruik je emoties dus vanaf nu! Ze geven je continue aan of je innerlijke kompas de goede kant op wijst of niet.

De emotionele geleidingsschaal kun je hiervoor gebruiken.

Tip! Om in een hogere energie te komen, kun je dingen doen die ervoor zorgen dat je meer positieve(re) emoties ervaart. Ik raad mijn cliënten aan om een resquelist te maken. Daarop zet je de dingen die je helpen je beter tot heel goed te voelen. Bij mij helpt het bijvoorbeeld om:

  • Keihard muziek op te zetten
  • Naar buiten te gaan
  • Een boek te lezen
  • Met mijn gezin iets te doen
  • Te praten
  • Lief voor mezelf te zijn (en dat kan vanalles zijn)
  • Even te resetten door een mini-meditatie te doen
  • Mezelf vragen te stellen
  • De wondervraag te doen
  • Bezig te zijn met mijn website
  • De situatie te gebruiken voor een podcast
  • De tuin te doen.

Hou dus bij waar je een positief gevoel bij krijgt en schrijf het op. Deze vraag kan je ook goed helpen: ‘Waar ben je dankbaar voor in je leven?’

Emotionele geleidingsschaal Esther Hicks, Ask and it is given.

  1. Vreugde/kennis/kracht/vrijheid/liefde/waardering
  2. Hartstocht
  3. Enthousiasme/gretigheid/geluk
  4. Positieve verwachting/geloof
  5. Optimisme
  6. Hoop
  7. Tevredenheid
  8. Verveling
  9. Pessimisme
  10. Frustratie/irritatie/ongeduldigheid
  11. Overweldigd zijn
  12. Teleurstelling
  13. Twijfel
  14. Zorgen
  15. Afkeuring
  16. Ontmoediging
  17. Boosheid
  18. Wraak
  19. Haat/woede
  20. Jaloezie
  21. Onveiligheid/schuld/minderwaardigheid
  22. Angst/verdriet/neerslachtigheid/wanhoop/krachtenloosheid

Opdracht 2 – maak een + en – lijst.

Deze stap is vrij simpel om te doen maar het vergt wel wat discipline. Voor jou geen probleem, dat ga je gewoon regelen. 😉 Zorg dat je iets bij je hebt waarin je snel aantekeningen kunt maken. Of dat nu je telefoon is of papier, het maakt niet uit, als je het maar doet. Gebruik je je telefoon, kies dan voor iets wat je makkelijk kunt doen, waar weinig handelingen voor nodig zijn. Je moet de drempel zo laag mogelijk maken om het ook echt te doen. Houd het simpel. Schrijf lekker snel, het hoeft niet perfect te zijn (voor de perfectionisten onder ons misschien nog een uitdaging).

Op papier schrijf je aan de ene kant een + en aan de andere kant een -. We gaan plussen en minnen in kaart brengen. Oftewel: energiegevers en energievreters. Houd de komende dagen (minimaal 3 dagen) bij wat je energie geeft en wat je energie kost. Dat geeft helderheid. Alleen al doordat je jezelf bewust moet afvragen of iets energie geeft of juist niet. Deze stap kun je prima combineren met stap 1. Het handigst is om het op het moment zelf te doen als je het gevoel ervaart (positief gevoel oftewel energiegever of negatief gevoel oftewel energievreter). Lukt dat een keertje niet, onthoud het dan en schrijf het later op.

Deze vragen helpen je om te bepalen of iets op de + of – lijst moet komen.

Vragen voor je + lijst (de antwoorden hierop komen op je + lijst):

  1. Waar kan ik echt naar uitkijken? Waar verheug ik me op?
  2. Wanneer raak ik de tijd uit het oog? Vergeet ik te plassen en te drinken?
  3. Waar krijg ik echt energie van?
  4. Wanneer zit ik in een flow?
  5. Wat geeft me positieve energie?
  6. Waar word ik blij van?
  7. Met wie vind ik het echt fijn?
  8. Wanneer heb ik het gevoel dat ik echt zinvol bezig ben?

Vragen voor je – lijst (de antwoorden hierop komen op je – lijst):

  1. Waar heb ik helemaal geen zin in?
  2. Wat stel ik uit?
  3. Wat kost me echt energie?
  4. Wanneer voel ik tegenzin?
  5. Wanneer raak ik steeds afgeleid?
  6. Wat wil ik het liefst niet meer doen?
  7. Welke mensen kosten me energie? Of wanneer voelt het als een verplichting?

Ben je er klaar voor om je richting te bepalen? Dan neem ik jou en je innerlijke kompas mee naar stap 3.